Netwerken zonder al teveel poespas en de druk van het zaken moeten doen
Elk dorp van een beetje omvang heeft wel een traditionele ondernemersvereniging. De leden treffen elkaar ongeveer eens in de twee maanden of het kwartaal voor een bedrijfsbezoek, een gezellig uitje, een themabijeenkomst of een vergadering. Zo ging het jarenlang en zo gaat het waarschijnlijk nog vele jaren. Toch zijn in de loop van de tijd allerlei nieuwe initiatieven ontstaan. Om toch een soort leemte op te vullen. We proberen de meerwaarde van twee van deze businessclubs boven tafel te krijgen, maar oordeelt u vooral zelf!
In het onderkomen van PrintXpert in Deventer krijgen Barbara Jansen en Ines Brinkerink de kans om eens wat langer met elkaar van gedachten te wisselen. De beide voorzitters – van respectievelijk De Firma en BusinessClub Zonder Grenzen – kennen elkaar van een eerdere ontmoeting, maar er was nog geen gelegenheid om meer dan een paar woorden uit te wisselen.
Laten we maar eens beginnen met hoe beide clubs zijn ontstaan.
BCZG: “Ik was betrokken bij de oprichting van Business Club Deventer. Dat heb ik twee jaar gedaan en heb toen het initiatief genomen voor een eigen businessclub. Zonder grenzen, omdat er bij veel vergelijkbare clubs allerlei muren worden opgetrokken. Dat doen wij dus niet. Er is geen branchebescherming, het maakt niet uit of je alleen werkt of met personeel en ook niet waar je bent gevestigd.”
DF: “Daar hebben we al een raakvlak. Met een aantal andere ondernemers ben ik in Raalte gestart met BNI De Wouw, maar na een paar jaar was ik klaar met de structuur van de BNI. Dat was bijna tien jaar geleden de inleiding voor De Firma. Met de gedachte om elkaar te ontmoeten en beter te leren kennen door 1x per maand iets te organiseren. Overigens doen wij wel aan branchebescherming en de leden moeten unaniem instemmen met een nieuwe aanwinst. Ja, het is inderdaad wel eens gebeurd dat we iemand moeten teleurstellen.”
DF: “Overigens, zijn het allemaal MKB’ers die lid zijn van BusinessClub Zonder Grenzen?
BCZG: “Het merendeel is inderdaad afkomstig uit het MKB, maar er is ook een aantal grotere bedrijven lid. Hoe is dat bij jullie?
DF: “Ook een mix van beiden.”
Het accent ligt vooral op het netwerken?
DF: “Bij ons staan de activiteiten in het teken van bedrijfsbezoeken, thema-avonden en sinds kort gaan we ook één keer per jaar een weekend weg. Het leuke is dat je dan andere gesprekken hebt. Daarna zie je echt iets veranderen in de groep. Een verschil met BCZG is dat hun bestuur qua inhoudelijk programma wat meer bepaalt. Wij doen de jaarplanning samen met de leden. Er is altijd wel iemand die iets wil organiseren, dus iedere maand staat in het teken van één van onze leden. Dat stemmen we ieder jaar af en de invulling regelt de ondernemer zelf. Sommigen willen graag hun bedrijf laten zien en een ander neemt ons bijvoorbeeld mee naar de leukste klant of een inspirerende locatie.”
BCZG: “Het netwerken trekken we vrij ver door, want de activiteiten worden georganiseerd door de leden zelf. De ene keer is het business met bijvoorbeeld een bedrijfsbezoek of een spreker, de andere keer is het pleasure met bijvoorbeeld een walking dinner langs 5 restaurants. Bij elk restaurant heb je een andere tafelgenoot en je krijgt telkens een tafelvraag die je moet beantwoorden. We ervaren deze afwisseling tussen business en pleasure als een goede mix.”
BCZG: “Wat we denk ik ook delen, is dat bij beiden niet echt sprake is van een oog pakkengehalte. Dat zie je dus wel bij de BNI. Het staat me echt tegen dat je daar iets moet doen voor een ander. En of het altijd werkt, is ook maar de vraag. Bij de businessclub van Go Ahead Eagles is het altijd gezellig en voor mijn gevoel ligt de gunfactor dan een stuk hoger. Wat ik zelf ook niet zo prettig vind, is het tijdstip waarop de BNI bij elkaar komt. Altijd in de vroege ochtend. We hebben heel bewust voor de avond gekozen. Elke tweede woensdagavond om precies te zijn.”
DF: “Helemaal mee eens. Wij komen elke eerste donderdag bij elkaar. Direct vanuit het werk om 18.00 uur zodat we gezellig samen kunnen eten.”
Hoe zit het met de business? Een verplichting of een prettige bijkomstigheid?
BCZG: “We willen niets verplichten, maar je merkt vaak wel dat partijen elkaar nadien gemakkelijk opzoeken als ze denken dat ze iets voor elkaar kunnen betekenen. En als iemand een concrete zoekvraag heeft, kan hij/zij dit delen met onze besloten Facebookgroep. Doordat het er wat losser aan toegaat, kunnen we stellen dat het elke maand weer een feestje is.”
DF: “Ik denk wel dat het er bij ons iets zakelijker aan toegaat. Wij peilen met enige regelmaat of de leden er ook business uit halen en of we als bestuur ergens mee kunnen helpen.”
Beide businessclubs zijn voortgekomen uit een eigen behoefte c.q. ontstaan als afsplitsing van een andere businessclub. Betekent dat ook dat het lastig is om ondernemers aan je te binden? Omdat er misschien al zoveel clubs zijn. Ondernemersvereniging, BNI, businessclubs algemeen en businessclubs in het voetbal…
BCZG: “We hebben 47 leden en dus niet te klagen. Dat relatief hoge aantal heeft ongetwijfeld te maken met het feit dat we niet aan branchebescherming doen. Waarom zou je ook? We zien dat bedrijven uit dezelfde branche elkaar zelfs kunnen versterken.”
DF: “Momenteel hebben we 25 ondernemers op de ledenlijst staan. Nieuwe leden zijn nog steeds van harte welkom, maar de club hoeft niet al te groot te worden. We willen voorkomen dat er groepjes ontstaan.”
De traditionele ondernemersverenigingen staan er om bekend dat ze de belangen van hun leden vertegenwoordigen als ze eens in de zoveel tijd aanschuiven bij een gemeente. Hoe werkt dat bij jullie?
DF: “Ons grote voordeel is dat de gemeente Raalte lid is van De Firma en we dus eventueel direct zaken kunnen doorspreken.”
BCZG: “Onze leden komen overal vandaan, dus dat betekent dat we met meerdere gemeentes te maken hebben, maar we hebben in principe geen contact met overheden. Mocht bij de leden een duidelijke vraag of kwestie leven, wordt het eerst in de besloten Facebookgroep besproken. Eventueel kunnen we daarna besluiten om de situatie ergens onder de aandacht te brengen.”
DF: “Bij De Firma gaat het er organischer aan toe. Als we horen dat er binnen de club iets leeft, dan kijken we als bestuur wat we kunnen doen. Indien nodig nemen we contact op met één van onze leden voor meer informatie en zoeken we gezamenlijk naar een oplossing.”
Nu we er toch zijn, grijp dan maar de gelegenheid om meteen een beetje reclame te maken. Met andere woorden: als er geïnteresseerde ondernemers zijn, kunnen ze zich dan nog aanmelden?
DF: “We hebben geen ledenstop. Wie interesse heeft, wordt van harte uitgenodigd om sfeer te proeven. Wat mij betreft, zou het wel leuk zijn als zich een leuke, jonge ondernemer uit de bouw meldt, want er zijn momenteel geen bouwers vertegenwoordigd.”
BCZG: “We hebben al een mooie groep, maar het is altijd mogelijk om je aan te melden. Bij ons kun je gerust een paar avonden komen om te ervaren of het iets voor je is.”
Hoe blijven jullie bij de tijd? Wordt er bij tijd en wijle een enquête gehouden?
DF: “We proberen inderdaad wel om de leden continu te polsen en op te halen wat er bij hen leeft om op die manier de club te blijven ontwikkelen.”
BCZG: “We werken niet met briefjes. Via de onderlinge contacten wordt wel duidelijk wat er speelt en waar de behoeftes liggen. Wel proberen we met de tijd mee te gaan door te kijken welke sprekers ‘hot’ zijn.”
DF: “Dat is inderdaad wel een voorwaarde om niet stoffig te worden, maar daar ben ik ook niet zo bang voor. Bij beide clubs zitten genoeg ondernemers die met innovaties en nieuwe samenwerkingen bezig zijn en de clubs dus blijven opschudden.”