“Als je je kleding in het straatbeeld ziet, heb je het als merk goed gedaan”

Van keukentafel naar wereldmerk: vijftien jaar Penn&Ink

Eigenlijk is het een klein wonder dat we in deze periode bij het hoofdkwartier van Penn&Ink mogen aanbellen. Mark en Felice de Lorme zitten namelijk midden in het ontwerpproces van hun volgende collectie. Het liefst blijven ze zoveel mogelijk in hun creatieve bubbel, maar speciaal voor ons maken ze graag een uitzondering. Het damesmerk bestaat vijftien jaar en dus is het hoog tijd om de spotlight eens op hen te richten.  

We hebben het al vaker gezegd, maar wat heeft Salland toch veel fantastische bedrijven. Verborgen pareltjes, maar ook grote namen die landelijke en zelfs internationale bekendheid hebben. Penn&Ink behoort absoluut tot die laatste groep, maar toch weet lang niet iedere Sallander dat dit grote, mooie merk ‘gewoon’ in Wijhe zit. En dus rijden we op een heerlijke zomerse voorjaarsdag over de dijk langs de IJssel en parkeren we bij het kloppende hart van Penn&Ink. Een vriendelijke medewerker leidt ons door het magazijn vol ingepakte dozen en kleurrijke kledingrekken. Aan de andere kant van het pand zijn Mark en Felice druk met elkaar in gesprek. Ze kijken naar ontwerpen, kleuren en stoffen voor hun volgende collectie. “Voor zomer 2026”, zo vertelt Mark terwijl hij ons samen met zijn vrouw naar de keuken begeleidt. “Vandaag is een uitzondering, maar normaal gesproken willen we tijdens het ontwerpen zo min mogelijk drukte om ons heen. Soms zit je bomvol inspiratie en rollen de stijlen er zo uit. En met één telefoontje of klopje op de deur kan het ook weer weg zijn. Dan ben je er helemaal uit. Dat is wat creativiteit is, hè? Mijn dessert, een hotel, de kippen in het hok of iemand op straat met een mooie outfit. De inspiratie kan van allerlei kanten komen. Alle kleine dingen die we zien en voelen. En je weet nooit hoe en wanneer dit komt.” Felice knikt bevestigend: “Precies! Je kan niet gaan zitten en zeggen: ‘nou, nu maken we de hele collectie even af.’ Het is een proces. En dat gaat allemaal op gevoel. Alles moet kloppen.” 

Amerikaanse grondslag 

Penn&Ink ontstond vijftien jaar geleden in Wijhe, maar de naam komt oorspronkelijk uit New York. In de jaren zestig werkten Maureen J. Penn en Stanley Ink samen onder deze naam. Het merk werd nooit succesvol en niemand weet precies wat er met het duo is gebeurd. “Ik heb in de VS gewoond en gewerkt en daar kwam ik die naam bij toeval tegen”, zo vertelt Mark. “Ik heb de gekke gewoonte om namen die ik leuk vind op te schrijven en vast te leggen. Gewoon random, want misschien kan ik er ooit nog eens iets mee. En zo deed ik dat ook bij Penn&Ink. Deze naam sprak me aan en bleef hangen. We hebben ‘m helemaal eigen gemaakt, maar de Amerikaanse achtergrond hebben we geadopteerd en meegenomen.” Felice: “Natuurlijk is de VS aan het veranderen en speelt er van alles, maar we halen nog altijd veel inspiratie uit het land. De levensstijl. De kledingkeuzes van de Amerikaanse vrouw. Maar ook de oneindige mogelijkheden. The American Dream. Wij houden van die vrijheid, van het out of the box denken. Dat is ook wat ons in Amerika trekt: alles is groot. Tot aan de parkeerplaatsen aan toe. Die oneindige mogelijkheden nemen we mee in ons merk.” Mark: Het Amerikaanse verhaal geeft Penn&Ink een mooi stukje historie en internationale allure, maar we zijn oer-Hollands hoor!” Felice lacht breed: “Precies! Gewoon uut Wieje! Hollandser kan niet.” 

Van origine komen zowel Mark als Felice niet uit Wijhe, maar uit Brabant. Zij werkte als model, hij deed haar en make-up. Beiden reisden ze voor hun werk de hele wereld over. Tijdens een van die klussen (jawel, in de VS) leerden ze elkaar kennen. Samen startten ze een nieuw leven. “Rond mijn veertigste dacht ik: ik ga wat anders doen”, zo vertelt Mark over zijn carrièreswitch. “Je werkt met allemaal jonge meiden. Bijna kinderen. Ondertussen had ik zelf kinderen van die leeftijd en klopte de verhouding gewoon niet meer. Ik heb mijn make-up koffer aan de kant gezet en nooit meer aangeraakt. Daarna ontstond Penn&Ink.” 

 

Penn&Ink

Chique en sportief 

Voor Mark was het opstarten van een modemerk een logische vervolgstap, want hij had in Brabant altijd al (kinder)modewinkels gehad. Felice had er nooit van gedroomd, maar merkte tijdens haar werk als model pas dat die wereld haar trok. “Als visagist stond Mark aan de kant van de productie, maar ik stond natuurlijk altijd aan de andere kant. Als model heb je niet zoveel te zeggen, ben je eigenlijk een soort kleerhanger. Dat heb ik altijd harstikke leuk gevonden. Ik voelde me bevoorrecht, want ik deed de mooiste klussen en mocht veel op reis. Maar naarmate ik het langer deed, dacht ik wel steeds vaker: goh, die andere kant vind ik veel leuker. Ik zou me wel wat meer willen bemoeien met de styling en het creëren van het plaatje. Toen ik Mark tegenkwam en steeds vaker meehielp in zijn winkel, merkte ik hoe blij ik werd van de styling en het inkopen.” Mark: “Voor de kinderlijn had ik veel contact met mensen in Deventer. Steeds weer reed ik op en neer. Best een roteind. Toen besloten we dichter bij een oplossing te zoeken. Het appartement aan de IJssel vonden we zo leuk dat we er zijn blijven hangen. Vervolgens hebben we een huis in de buurt gekocht. En zo werd Wijhe ook de plek waar Penn&Ink zich vestigde.”

Als kind van een echte ondernemersfamilie zat bij Mark het ondernemerschap in zijn bloed. Het was vanzelfsprekend. En dus wist hij al jong één ding zeker: “Ik wil ondernemer worden. Ik heb in mijn hele leven heel even voor een baas gewerkt, maar dat was weinig succesvol”, zo lacht hij. “Ik kon dat gewoon echt niet. Ik heb altijd de drive naar meer, naar groter en verder.” Felice: “Het grappige is dat ik juist heel anders ben opgevoed. Mijn vader werkte altijd in loondienst. Tegen heug en meug, want hij ging met zoveel tegenzin naar zijn werk. Elke ochtend zag hij er tegenop. Werk was heel negatief beladen. Voor mij was het heel helder: dit ga ik nooit doen. Als je toch zoveel uur in je leven moet besteden aan iets wat je zo tegenstaat? Hij was het voorbeeld van hoe ik het nooit wilde. En daaruit is ook de filosofie van ons bedrijf ontstaan: we willen altijd doen waar we blij van worden. Voor onszelf, maar zeker ook voor onze medewerkers.” Mark: “En achter die gedachte zit meteen ook de stijl en filosofie van Penn&Ink. Onze ouders werkten vroeger in pak met stropdas. Eenmaal thuis wisten ze niet hoe snel ze dat uit moesten gooien. Ze werden er helemaal gek van en trokken meteen iets aan wat wel lekker zat. In Amerika zie je dat ook heel goed. Het zakelijke verkeer gaat op sportschoenen naar het werk. Eenmaal in de juiste straat, halen ze hun pumps tevoorschijn. Dat is het begin van onze modelijn geworden: we maken dameskleding waarin je zowel zakelijk als privé kan lopen. Comfortabel, maar stijlvol. Een mix tussen chique en sportief.” 

Een unieke samenwerking

Op dat idee werd Penn&Ink gebouwd. Gewoon thuis, aan de keukentafel. Mark en Felice hadden één iemand op afstand in de logistiek, maar verder deed het koppel alles zelf. Pionieren. Doorzetten. Steeds weer met nieuwe ideeën komen. Ze gingen niet meteen skyhigh. Op de eerste beurs wilden 35 winkels Penn&Ink inkopen, net genoeg om een kleine productie te doen. Het merk werd stapje voor stapje steeds een beetje groter. Vijftien jaar later hebben ze zo’n vijftig man in dienst, zijn er vier eigen winkels en wereldwijd zo’n 1200 verkooppunten. Er is veel veranderd, maar één ding is nog altijd hetzelfde: de twee doen het nog altijd allemaal samen. En dat merk je meteen als je het koppel naast elkaar ziet. Ze zijn feilloos op elkaar ingespeeld, weten met één blik wat de ander wil zeggen en vullen elkaar daardoor perfect aan. Tegelijkertijd zie je ook twee hele verschillende mensen. Mark neemt het voortouw en vertelt alles stuiterend en vol enthousiasme. Felice is wat meer op de achtergrond. Ze luistert bedachtzaam, maar verrast regelmatig met een geestige opmerking of een scherpe analyse. “Ja, we verschillen enorm van karakter”, zo grijnst ze breed. “Lastig? Nee, dat werkt juist top! Mark is heel creatief en chaotisch, ik ben juist georganiseerd. Als hij helemaal losgaat met allerlei ideeën, dan zeg ik: hoh, doe eens rustig. Zullen we even orde scheppen? Hij wil altijd álles doen, dus als het aan hem ligt gaan we nog veel meer doen. Ik ben diegene die af en toe moet zeggen: nee, we doen het niet. Laten we ervoor zorgen dat we ons concentreren op wat we het beste kunnen.” 

Mark: “Sommige mensen vragen zich af of wij niet helemaal gek van elkaar worden. Altijd maar op elkaars lip. Maar nee! Wij werken juist graag samen. We hebben met z’n tweeën echt iets unieks. Het ontwerp ligt grotendeels bij mij, maar ik kan het niet zonder haar. Dat klinkt stom, of niet? Ik kan echt van alles bedenken, maar ik heb Felice nodig om te zien of ik het echt leuk vind. Ik kan dat ook met niemand anders. Ze noemde zichzelf net een kleerhanger, maar eigenlijk is ze nog altijd mijn kleerhanger. Of levende paspop, zo je wilt, haha!” Felice: “Jij bent natuurlijk een man, dus als vrouw kan ik dan weer zeggen: dit ga ik niet aantrekken. Of: dit zit niet lekker, kan het misschien anders? Zo kneden we samen alle items totdat het werkt.”

Hard en ongezouten 

Zodra Mark en Felice iets hebben gemaakt dat volgens hen werkt, wordt de collectie geproduceerd en op de markt gebracht. En daarmee is het uit hun handen. Een moeilijk moment, zo beschrijven ze het zelf. “Je moet het loslaten en dat is elke keer weer ontzettend spannend”, zo vertelt Felice daarover. “Valt alles wat wij bedacht hebben ook in de smaak? Dat blijft afwachten.” Mark: “Omdat er zoveel van onszelf in de collecties zit, voelt die feedback ook best persoonlijk. Alsof er iemand tegen je zegt dat je een baby met flaporen hebt. Zo voelt dat. Het is vrij hard. Ongezouten. En tegelijkertijd komt zo’n collectie ook vrij precies. Soms heb je iets bedacht waar de retailer of consument nog niet aan toe is. Slaat een kleur in het ene land wel aan en in het andere niet. En soms heb je een item dat overlapt met dat van een concurrent. Je weet het nooit, maar je wordt er wel op af gerekend. Je bent zo goed als je laatste collectie hè? Wat dat betreft is het een linke business.” Er verschijnt een kleine glimlach op het gezicht van Mark, terwijl hij naar Felice kijkt. “Tegelijkertijd is het ook het mooiste wat er is. Dat je op het vliegveld iemand ziet lopen met een jasje of sweater met ons label erop. Of als je in het buitenland een winkel binnenloopt waar ze ons merk verkopen. Elke keer weer kijken we elkaar dan aan, want daar doen we het voor. Ik heb altijd gezegd: als je je kleding in het straatbeeld ziet, heb je het als merk goed gedaan. Nou, dat is wel gelukt!”

Penn&Ink

Zoals gezegd hebben Mark en Felice een unieke wisselwerking, maar daarnaast benadrukt het koppel ook heel graag dat ze het absoluut niet alleen doen. Penn&Ink wordt gekenmerkt door een enorm trouw team. “Als je naar vergelijkbare bedrijven in de markt kijkt, dan doen wij het met een stuk minder mensen”, zo stelt Mark. “We zijn een relatief klein bedrijf, maar wel eentje met een grote uitstraling. Dat komt echt door onze mensen en deze regio.” Felice knikt bevestigend: “Dat is echt zo. De mensen hier zijn zo fijn en betrouwbaar. Ze zijn nuchter. Echte harde werkers die van aanpakken weten. Schouders eronder en gewoon doen. Dat geldt voor ons hele team trouwens, ook de mensen in onze showroom in Breda en in alle winkels.” Mark: “We hebben met de jaren hele gedreven mensen om ons heen verzameld. Mensen met hart voor het vak en voor ons bedrijf. En tegelijkertijd zijn ze ook multifunctioneel. We vinden het belangrijk dat iedereen door het hele bedrijf kan werken. We doen niet aan vastomlijnde functies. Iedereen kan overal bijspringen en is daar ook toe bereid. En zo zijn wij zelf ook. Wij zitten niet de hele dag in ons kantoor te wachten, wij stropen net zo goed onze mouwen op. Als dat nodig is staan we gewoon te timmeren en te zagen op een beurs.” Felice: “Dat komt ook door die beginjaren waarin we alles zelf hebben opgebouwd. We zijn gewend om van alle markten thuis te zijn. En mede hierdoor hebben we een cultuur gecreëerd waarin iedereen van aanpakken weet. Waarin we het echt mét elkaar doen.” Mark: “Dat is ook echt ons motto geworden. Van ontwerp en productie tot aan de sales en het inpakken van de dozen; alles is even belangrijk. En elk schakeltje moet kloppen. Daardoor zijn we ook kritisch op het aannemen van mensen. We streven naar kwaliteit. Altijd. Maar tegelijkertijd hopen we ook dat áls je hier komt werken, dat Penn&Ink een verlengstuk wordt van je leven. Meer dan alleen werk. We zijn een grote familie, zo voelt dat echt. En datzelfde geldt voor onze fabrikanten. Met veel van hen werken we al sinds dag één samen. We kennen ze allemaal persoonlijk en zitten regelmatig met al onze gezinnen te tafelen. Dat vinden we enorm belangrijk. Ik geloof ook dat dit het geheim van ons succes is. We zijn altijd bescheiden en gewoon gebleven. Trouw aan onze fabrikanten, klanten en identiteit.” Felice: “En we hebben er gewoon heel hard voor gewerkt.” 

Oneindige groei 

Ondertussen vordert de ochtend en piept de zon steeds verder de keuken in. Felice knijpt meer en meer met haar ogen, maar ze weigert haar stoel te verplaatsen. “Heerlijk, toch?”, zo lacht ze. “Als de zon eindelijk schijnt, gaan we ervan genieten ook! We draaien allebei enorm op licht, daarvan krijgen we energie en inspiratie. Vandaar ook dat we veel in het buitenland zijn. Het zorgt ervoor dat we vrij kunnen zijn. En dat geldt in de breedste zin van het woord. Vooral ook hier.” Felice tikt tegen haar hoofd. Mark valt haar bij: “Absoluut. Het vult onze batterij en zorgt voor de drive om ons bedrijf steeds weer naar een hoger level te tillen. Want dat is het wel in deze branche; je moet steeds weer nieuwe dingen bedenken om de concurrentie een stapje voor te blijven. Veel collega’s die tegelijkertijd met ons zijn begonnen, bestaan allang niet meer. Daarin hebben we iets goeds gedaan, maar dat willen we natuurlijk ook blijven volhouden. We denken veel na over de toekomst, want waar willen we naartoe? Het is met ons kleine team nu goed te behappen, maar als we groter willen, moeten we ook behoorlijk groter gaan. Er is nog oneindige groei mogelijk, want we liggen in zoveel landen nog niet. En we kunnen uitbreiden in winkels, eventueel ook in het buitenland. Maar als we dat allemaal écht willen, dan betekent dit nogal wat voor onze hele organisatie.” 

En dus schipperen de toekomstdromen van de eigenaren van Penn&Ink tussen groter dromen of koesteren wat er al is. “Dat vind ik lastig, want ik blijf iemand die altijd meer wil. Tegelijkertijd ben ik ook op een leeftijd dat we naar de toekomst moeten kijken. Wat we het belangrijkste vinden? We dromen van de continuïteit van dit bedrijf. Maar dan wel met een nieuwe, jonge generatie.” Felice: “Tegelijkertijd is overdragen ook best lastig. Wij hebben zo’n bijzondere samenwerking. Onze manier van werken kun je bijna niet overdragen of aanleren. Zoveel gaat op gevoel.” Mark: “Precies, niemand die werkt zoals wij. Al heb ik de laatste jaren ook geleerd dat ik echt niet bij elk detail betrokken hoef te zijn. Ze kunnen het ook zonder mij. In het begin kon ik dat niet, was ik behoorlijk lastig. Ik wilde niets uit handen geven, maar alles dicht bij me houden. Ook omdat ik vond dat ik het altijd beter wist.” Felice geeft haar man een speels duwtje. “Ha! Dat heb ik nou ook altijd. Lekker hè, twee eigenwijze mensen bij elkaar.” Mark: “Maar toch werkt het! En ik geloof dat het in de toekomst ook gaat werken. Mijn oudste dochters werken inmiddels in Penn&Ink en ik zou het fantastisch vinden als zij in de toekomst het bedrijf misschien zouden willen overnemen. Als ze dat met heel hun hart willen tenminste. Op den duur willen wij naar achteren kunnen schuiven en alleen nog de grote lijnen volgen. Hoe precies? Daar gaan we achter komen. Penn&Ink heeft potentie genoeg. Daarvan ben ik overtuigd.” 

Penn&Ink

Delen:

Deel dit artikel!