Eigenzinnige broers vinden elkaar in ondernemersgeest en pioniersdrang

Rob en Henk Zuidema ‘veroveren’ Zwolle met hun nieuwe zakelijke avonturen

Het is natuurlijk heel gemakkelijk om de stap van Rob Zuidema toe te schrijven aan een soort van midlifecrisis. Diverse mensen verklaarden hem – ongevraagd en gevraagd – namelijk voor gek toen hij na een imposante carrière in het bedrijfsleven bekend maakte te kiezen voor de directeurskamer bij Zwolse Theaters. Van het soms keiharde zakenleven naar de cultuursector. De stap van zijn jongere broer Henk lag misschien meer voor de hand. Van mechanieker in het professionele wielerpeloton naar een eigen exclusieve wielerwerkplaats onder de naam ‘De Mechanieker’. De rode draad? “We doen wat we voor onszelf een goed idee vinden.”

We spreken af in de prachtige zaak van Henk. Gelegen aan de gracht, dus hartje Zwolle. Zijn zeven jaar oudere broer hoeft niet van ver te komen, want hij woont er boven. Het is geen eenvoudige klus om de ruimte in een paar woorden te omschrijven. Wellicht is een combinatie van werkplaats en wielermuseum nog de beste poging. “Wijs hier iets aan en het heeft met fietsen te maken”, zegt Rob.

Eenmaal binnen blijf je om je heen kijken. Aan de muur hangen de meest bijzondere wielershirts. Uit woestijnlanden, uit Azië en Afrika. Geen alledaagse bestemmingen in het profmetier. Aan de achterzijde, op de authentieke deuren van de vroegere smederij, hangt een grote plaat van de Mont Ventoux. Dat is natuurlijk een legendarische berg uit o.a. de Tour de France. En onbewust is het ook wel een metafoor voor het ondernemerschap. Want, het is een lange beklimming met aan het eind een behoorlijk stijgingspercentage waarbij je dus een aantal keer steenkapot gaat. Dus, net als in het ondernemersleven, komt het aan op talent, maar zeker ook op doorzettingsvermogen. 

In de ruimte gaat de geur van kettingsmeer de strijd aan met de bijna bedwelmende geur van Italiaanse koffie. De kettingsmeer blijft langer hangen, maar het verhaal van de koffiemachine is mooier. “Die is afkomstig uit de VIP-tent die bij de start van de Giro d’Italia (Ronde van Italië) in Apeldoorn is opgetuigd.” 

We zitten inmiddels aan de stamtafel. Waarschijnlijk het enige decorstuk dat niet iets met fietsen te maken heeft. Toch? “Dit is gemaakt van de oude wielerbaan in Apeldoorn”, roepen de broers al lachend. We begrijpen al snel dat het gewone fietsvolk hier niet gauw even langs gaat. “Degene die hier over de vloer komt, wil zichzelf verwennen. Een fiets kopen voor nut en noodzaak, dat kan wel via internet. Je komt hier voor dat extraatje. Als dat duidelijk is vastgesteld, dan gaan we aan de klets over waar iemand echt blij van wordt.” 

Globetrotters

Eigenlijk is het best bijzonder dat we afspreken bij De Mechanieker. We belden namelijk met Rob om een mooi verhaal te schrijven over de carrièretijger die kiest voor een baan als directeur bij Zwolse Theaters. Oftewel, van supercommerciële bedrijven naar de cultuursector. Maar, Rob legt meteen de suggestie op tafel om Henk in het gesprek te betrekken. Op het eerste oog lijken ze behalve de broederband weinig gemeen te hebben, maar als je je verdiept in hoe de levens van de Zuidema’s zich hebben ontwikkeld, is er meer dan tot waar het oog reikt. Er is zelfs een duidelijke rode draad te ontdekken. Ze zijn, ieder binnen het eigen vakgebied, zeker eigenzinnig (niet te verwarren met eigenwijs) te noemen, hebben een sterke pioniersdrang en zijn ondernemer c.q. ondernemend.

Rob studeerde af in het personeelswerk en ging de wereld over voor Shell voordat hij in 2008 zitting nam in de directie van Booking.com. Dat stond destijds nog in de kinderschoenen, maar samen met de geboren Achterhoeker is met succes de stap gezet naar internationalisering. Niet iedereen zou deze carrièremove hebben aangedurfd. “Menigeen denkt dat het niet beter wordt dan bij Shell. En het was ook nog eens 2008, het begin van de economische crisis. Ik voel me dan juist aangetrokken tot deze uitdaging. Ik ben – en dat herken ik zeker ook in Henk – niet bang aangelegd.”

Henk wilde eerst profwielrenner worden. Die droom vervloog omdat hij zowel het echte talent als de mentale hardheid miste. Toch vond hij wel iets om in het wielrennen actief te blijven. En zelfs op een manier (mecanicien – de wielergekke Vlamingen noemen het mechanieker) dat hij ook nog een wezenlijke en aantoonbare bijdrage levert aan de wielerprestaties van een ander. Daarbij is hij ook nog eens autodidact. “Ja, ik durf wel toe te geven dat ik een handige jongen ben. Het kwam op een soort natuurlijke manier. Gewoon doen en er vooral ook veel over praten met andere mechaniekers. Zodat je weet wat je de volgende keer eventueel anders moet doen. Zo heb ik het mezelf eigen gemaakt.”

Rob werkte bij Shell aardig aan z’n Airmiles, maar ook zijn jongere broer toonde zich een ware globetrotter. Zo stapte hij namelijk in het grote avontuur van Marco Polo, een Chinese wielerploeg. Een experiment dat naar Henk’s eigen woorden gedoemd was om te mislukken, maar toch tien jaar van zijn werkzame leven in beslag nam. Taal- en zeker ook cultuurverschillen waren de grote oorzaken dat dit wielerproject niet slaagde. “We kregen bijvoorbeeld te maken met het feit dat een jongen uit Hong Kong de sprint moest aantrekken voor een jongen uit het noorden van China. Dat gebeurde dus niet. Ze wilden niet voor elkaar rijden”, vertelt Henk die binnen die ploeg nog wel heeft mogen werken met de Nederlanders Leon van Bon en Thijs Zonneveld. Deze gasten waren aan het eind van hun wielerloopbaan nog wel te porren voor een bijzonder avontuur. En Marco Polo is zelfs nog even een opleidingsploeg geweest voor de grote wielerploeg Discovery Channel van de Belgische ploegleider Johan Bruyneel. “Het was echt wel een fantastische ervaring.”

A-typisch

Terug naar Rob. Na het vertrek bij Booking.com (“het werd zo groot dat je bijna wordt geregeerd door de buitenwereld met al die Europese wetgeving”) had hij de gelegenheid de ketenen van het arbeidsleven voor even van zich af te gooien. Maar niets doen komt niet voor in het woordenboek van Rob Zuidema. Het directiepluche bij bouwconcern BAM lonkte, maar dat was uiteindelijk geen lang leven beschoren. Omdat uiteindelijk toch dat moment voorbij kwam dat hij “iets kan doen wat echt leuk is.” 

Zwolse Theaters dus. “Ik las in de krant dat de directeur binnen een jaar na zijn aantreden is vertrokken. Toen heb ik een brief aan de Raad van Toezicht geschreven dat ik het wel wilde doen. Ongetwijfeld hebben ze het toen een aantal keer terzijde gelegd. Wat moet je met een kerel van 50 die denkt dat hij alles kan? Maar goed, er kwam toch een gesprek en twee jaar geleden ben ik er begonnen. Het is redelijk a-typisch dat ik met mijn achtergrond in het theater terecht kom. Natuurlijk is het niet de bedoeling om het goede van mijn voorgangers overboord te gooien, maar ik hoop wel wat andere aspecten toe te voegen. Voor een deel wordt het zeker ondernemender dan ze gewend waren.”

De een is ondernemend zonder ondernemer te zijn, de ander is ondernemend en wordt ook ondernemer. Het Chinese avontuur was een prachtervaring, maar daarmee kon Henk de rekeningen niet betalen. “Ik woonde al anti-kraak om überhaupt mee te kunnen en als ik niet in China was, onderhield ik fietsen. Onder andere van de biketeams bij de politie. Dat deed ik samen in een bedrijfje samen met een compagnon, maar ik werd er niet persé heel blij van, dus ik ben er uitgestapt.. Het is uiteindelijk wel een groot bedrijf geworden. Met een omzet van tien miljoen euro per jaar… Ik wilde juist graag in een kleine zaak aan mooie fietsen werken. Dat deed ik eerst in Amersfoort. Met een andere compagnon en die winkel bestaat ook nog steeds. En toen kreeg ik 4,5 jaar geleden de kans om hier te huren. Lekker in mijn eentje, maar wel met goede mensen om me heen. Samen met een ontwerper heb ik met DERAES ook een eigen fietsenmerk in de markt gezet. De coronaperiode even niet meegerekend loopt dat hartstikke leuk.”

Natuurlijk hebben ze het lot een handje geholpen, maar het is wel bijzonder dat de paden van de broers elkaar kruisen in Zwolle. Voordat Rob ’s morgens naar theater De Spiegel wandelt, drinkt hij eerst een kopje koffie met zijn broer. Praten over wielrennen doen ze niet gauw, want Rob zit niet op de fiets en kijkt ook niet naar fietsen. 

Juist dat maakt hem zo’n prettige sparringpartner vindt de jongste Zuidema. “Ik kan heerlijk met hem over de onderneming kletsen. Rob is niet bezig met welke fles cleaner er moet worden verkocht, maar kan je wel vragen of iets nu wel zo’n goede investering is. En zonder het te veroordelen. Zijn open blik werkt heel verhelderend en hij neemt natuurlijk de ervaring mee van het werken bij grote bedrijven. Zonder dat hij het voor me inkleurt, helpt hij me met het toekomstperspectief. Nee, hij heeft me nooit een schop onder mijn kont gegeven om me te bewegen tot groter en meer.”

Zwart tot aan de ellebogen

Rob: “Wat ik hier zie, voel ik zelf ook sterk: we doen het met een enorme bevlogenheid. Als ik mensen hoor praten over wat Henk met hun fiets doet, dan ben ik gewoon ontzettend trots. Sommigen zeggen letterlijk dat er slechts één iemand aan de fiets mag komen. Het is de subtiliteit in het werk van Henk in relatie tot de prestatie die hij levert.” “Maar, ik vind het ook echt heerlijk om mijn handen vuil te maken. Som ben ik zwart tot aan de ellebogen”, stelt Henk. Klanten willen dus zaken doen met de Zwolse wielerdokter, maar ook graag het gesprek met hem aanknopen. “Logisch”, stelt Rob. “Als je naar een mooi restaurant gaat, wil je de chef ook graag even zien. En dan is het nog maar de vraag wat de chef zelf heeft gekookt.” 

Als directeur van Zwolse Theaters probeert Rob Zuidema zeker ook aanspreekbaar te zijn voor het publiek. Het past helemaal in zijn visie zoals dat is gepresenteerd in het Meerjarenbeleidsplan: het theater als plein van de stad. Zonder drempel en bereikbaar voor iedereen. “Het risico binnen het culturele landschap is zeggen dat je er bent voor de (podium)kunst. En dat het minder belangrijk zou zijn of het publiek nu wel of niet komt, omdat het gaat om de kwaliteit van de kunst. Dan zeg ik dus: ‘nee, niet alleen’. De kunst is niet het doel, wel het middel. De mensen een blij gevoel geven. Of ze naar huis laten gaan met een boodschap waar je wat dieper over moet nadenken. Podiumkunstenaars moeten de ruimte hebben zich te ontwikkelen en een verhaal te vertellen. Er moet echter wel een publiek voor zijn. In Zwolle ga je niet gauw kunsten zien waarop niemand zit te wachten. Dit betekent overigens niet dat we geen podiumkunsten naar Zwolle halen die experimenteel van aard zijn, want je moet het publiek ook innovatieve kunstvormen aanbieden.”

Ondernemen is soms een spel van geven en nemen. De gebroeders beheersen het tot in de vingertoppen. Zo wordt theater De Spiegel momenteel ingezet als oefenruimte voor studenten van het Conservatorium. “Wat dat kost? Niets! Het gebouw staat nu toch leeg en praktijkonderwijs is toegestaan. En ik weet zeker dat ze ook echt wel aan ons denken als ze op termijn een zaal nodig hebben. En over tien jaar komen sommige studenten, die dan een hele meneer of mevrouw zijn, hier vast nog wel een keer optreden.”

En De Mechanieker heeft ook een mooi voorbeeld. “Een man van een advocatenkantoor wilde een nieuwe fiets kopen en zijn oude exemplaar inruilen. Toevallig ken ik een talent, een vluchteling uit Eritrea, die ik eigenlijk wel wil helpen. Dus, ik stel ‘m voor dat hij niets voor zijn oude fiets krijgt en dat ik ‘m opknap voor deze vluchteling. En zo geschiedde. De man blijft hier komen en z’n fiets heeft een mooie bestemming gekregen.”

Rob, heb jij nog spijt dat je nooit ondernemer bent geworden?

“Nee. Ik ben heel tevreden over hoe het tot nu toe is gegaan. Ik wilde eigenlijk altijd burgemeester worden. Ik ben dus wel jaloers op Peter Snijders die kort na mijn aantreden bij Zwolse Theaters tot burgemeester is benoemd. Al zegt mijn vrouw altijd dat ik nu eigenlijk de baan heb die ik graag wilde…”

Zijn er mensen uit jouw arbeidsleven die hebben gezegd ‘Ben je klaar met werken’ toen je voor het theater koos? Als een laatste erebaan?

“Ik hoor niet veel mensen praten over een mogelijk gebrek aan ambitie. Over het algemeen vinden ze het juist gaaf dat ik mijn ervaringen ten dienste wil laten komen van het theater. Al is er ook wel een stroming die bang is dat de zakenman het theater wil vercommercialiseren. Dat is zeker geen doel, maar mijn stelling is wel dat je een theater niet duurzaam kunt krijgen als je er geen andere inkomsten uithaalt dan alleen voorstellingen.”

In dat plaatje past volgens Rob zeker ook het verbreden van de doelgroep theaterbezoekers. Hoewel hij zelf helemaal geen affiniteit heeft met sport, was hij wel initiatiefnemer van een live stream van PEC Zwolle. Supporters in het theater die naar een wedstrijd van hun favoriete cluppie kijken. Als het aan de directeur ligt, gaat het ook gebeuren met basketbalduels van The Hammers. 

Als er één sport is die zich met al zijn heroïsche verhalen leent voor het theater is dat natuurlijk het wielrennen. Er zijn al voorzichtige ideeën waarbij de broertjes Zuidema samen iets organiseren rondom een mooie koers zoals Parijs-Roubaix. Met een gast zoals Thijs Zonneveld die vanaf het podium alles aan elkaar kletst, wellicht vooraf nog een tochtje voor de liefhebbers en een pastamaaltijd na afloop. “Hoe gaaf zou dat zijn. Dat gaan we absoluut oppakken. Of het dit jaar gaat lukken, is natuurlijk afhankelijk van de corona-ontwikkelingen.”

En dan bestijgt Henk het podium om uit te leggen hoe een mechanieker te werk gaat? Kettingsmeer op het podium! 

“Als je het goede uit de vakman Henk weet te halen en hem laat uitleggen wat hij doet en wat hij bedoelt, dat wordt het echt interessant!”

Nog even terug naar het ondernemerschap. Henk, voor jou is het eigenlijk een combinatie van hobby en werk?

“Nou, het was ooit hobby, maar het is heel snel werk geworden. Met alle lasten moet ik hier elke maand een omzet draaien van 15.000 euro om het break-evenpunt te bereiken. Hoewel ik elke dag met ontzettend veel plezier naar het werk ga, geeft dat wel een bepaalde druk.”

Trekken jullie ook lessen uit deze coronatijd?

Henk: “Ik heb me wel gerealiseerd dat ik altijd veel tijd heb gestopt in dingen die relatief weinig opleveren. Heb het voorheen nooit aangedurfd de telefoon uit te zetten of een klus te weigeren. Dat doe ik nu wel. Ik heb dus eigenlijk een soort van positieve arrogantie ontwikkeld. In dit opzicht herinner ik me zeker ook nog de woorden van een buurman van Rob die zei dat ondernemers die vanuit passie ondernemen niet de beste ondernemers zijn”

Rob: “We worden in het hart geraakt. Er zijn drie verdienmodellen. Kaartverkoop, verhuur en horeca en met geen van de drie takken kunnen we nu iets. Dat is extra zuur omdat we medio vorig jaar de horeca in eigen beheer hebben genomen. Dat heeft toen best veel discussie opgeleverd, maar je kunt er wel leuk geld mee verdienen. Wat weer ten goede komt van voorstellingen die minder publiek trekken. Hetzelfde geldt voor de verhuur, maar dan moet je wel moeite doen om het culturele landschap daarvan overtuigen. Overigens geef ik bij de verhuur altijd wel aan dat je de verplichting aangaat om er ook een theatrale invulling bij af te nemen. Ook al is het de stadsdichter die een gedicht van vijf minuten voordraagt.”

De Raad van Toezicht, de gemeenteraad; ze willen er allemaal iets van vinden. En jij, de eigenzinnige directeur die zijn eigen koers wil varen. Dat is een spanningsveld…

“Ik hou er juist van om de grenzen op te zoeken. Maar, eerlijk is eerlijk, ik ervaar wel dat Zwolle open staat voor een andere koers. Het past ook bij de ambitie om de vierde regio van het land te 

Delen:

Deel dit artikel!