Het gesprek begint met een gulle lach. Dat heeft te maken met mijn veronderstelling dat iedereen Tamara Toering wil zijn. “Is dat zo?”, vraagt ze terwijl ze enigszins op haar hoede is voor het vervolg. “Vanwege mijn werk bedoel je? Ja, ik ben elke dag met een heel positief product bezig. Want, een dagje uit of een vakantie, dat is wel het fijnste wat er is. Iedereen wordt er vrolijk van. Dus, in die zin zou je denken dat ik altijd een hele vrolijke meid ben, ha ha.”
Tamara Toering, opgegroeid in Broekland en daar tien jaar geleden met haar gezin teruggekeerd, heeft het volgende op haar visitekaartje staan: merkleider Salland bij Salland Marketing. Met een team van medewerkers mag ze deze regio nationaal en zelfs internationaal proberen te vermarkten.
Vanwege corona is het niet handig om in werk- of privésituatie af te spreken, maar dat geeft ons de kans de ontmoeting te plannen in één van de pareltjes in het gebied tussen Deventer en Zwolle: Infocentrum IJssel in Den Nul. Zoals bijna overal is COVID-19 het logische eerste gespreksonderwerp. “In het begin ging het thuiswerken heel goed, maar later is het toch wel lastig om de balans te vinden tussen werken en aandacht voor de kids. En als de jongste op een gegeven moment aangeeft dat ik ook altijd aan het werk ben…”
Heb jij ook het gevoel dat we nu allemaal gereset worden?
“Dat heb ik heel sterk. Dat mensen bewuster gaan leven. Teruggrijpen naar producten uit de streek. Ik hoop dat van die bewustwording echt iets overblijft. Dat is ook onze uitdaging. Mensen waren natuurlijk niet meer gericht op recreëren in eigen regio. En nu het niet anders kan, ontdek je de mooiste plekjes. Ik ook. Afgelopen weekend was ik ergens waar ik nog niet eerder ben geweest. En het is bij wijze van spreken in mijn eigen achtertuin!”
Aan haar bevlogenheid en enthousiasme merk je dat ze op haar plek is. Na eerst actief te zijn geweest als merkeider voor Zwolle, maakt ze uiteindelijk de overstap naar het platteland. In eerste instantie als merkleider Vechtdal en na het afscheid van collega Thea Huisman combineert ze het met het merkleiderschap voor Salland.
Is het niet typerend dat je Salland er bij doet. Thea deed Salland, jij Vechtdal. Nu is één persoon verantwoordelijk voor beide…
“Nee! Het kan heel goed. Het daagt me juist uit. Ik doe het ook echt met twee teams en we gebruiken elkaars expertise. Ik merk wel dat het Vechtdal in een hele andere fase zit dan Salland. De verschillen tussen beide regio’s maakt je scherp om de eigen, unieke positie te bepalen. In het Vechtdal vind je een ander soort ondernemerschap. Met al die grote campings. In Salland is het kleinschaliger, maar daar is de gemeenschapszin weer veel groter. Kijk maar naar al die Sallandse feesten en evenementen. Daar is deze regio echt onderscheidend in.”
Is het dan niet mooi om Salland en Vechtdal aan elkaar te laten snuffelen om van elkaar te leren of moet je het juist niet doen om het unieke in stand te houden?
“Je moet de goede ervaringen met elkaar uitwisselen. En dat is ook wel wat we doen. Samenwerking is essentieel als je je op de internationale markt wilt begeven. Dat kan in mijn ogen pas goed op het niveau van Overijssel.”
Ik heb zelf het idee dat de stad zich wel redt en dat de regio het veel meer nodig heeft…
“Ik denk juist dat de stad en het ommeland elkaar heel goed aanvullen. Ook daar waar het gaat om het vrijetijdsproduct. In Zwolle zie je bijvoorbeeld altijd een hoog percentage dagbezoek, maar helaas blijven weinig mensen voor een langere periode in de stad. Terwijl in het ommeland en zeker het Vechtdal met de grote campings in de zomer juist sprake is van veel bezoekers voor langere tijd. Die je natuurlijk allemaal wilt verleiden om eens een dagje naar de stad te gaan. Natuurlijk is in Salland de relatie tussen Hanzestad Deventer en het ommeland al net zo van belang.”
Wordt dat dan ook de insteek? De verblijfstoerist lokken? Want, in twee weken kun je Overijssel natuurlijk prima leren kennen.
“Dat is wel waar we heel erg op inzetten. We hebben ook uitgesproken dat we de iconen op Overijssel-niveau in de etalage willen zetten. Dan kun je denken aan de Hanzesteden, Giethoorn, Twente, maar ook aan de Sallandse Heuvelrug en de IJssel. Voor Salland betekent dit dat we niet alleen nadenken hoe we het gebied zo goed mogelijk in de etalage zetten, maar ook hoe we het aanbod kunnen versterken.”
Als je haar hoort praten, denk je dat ze al jong wist hoe haar arbeidsleven er uit moest zien. Dat ze al snel het vizier op het toerisme had gericht. “Integendeel”, zegt ze lachend. “Ik was echt zo’n puber die alle kanten op ging en niet wist wat ze moest kiezen. Ook altijd hoog gehandbald bij Kwiek in Raalte, dus ik was meer met sport bezig dan met de studie. Toch het VWO afgerond en vervolgens de stap gemaakt naar de Nationale Hogeschool voor Toerisme en Verkeer in Breda. Dat was niet helemaal mijn ding, maar de specialisatievakken toeristische publiciteit en PR vond ik wel erg leuk. Daar wilde ik in verder, dus na de NHTV werd het communicatiewetenschappen aan de Universiteit Twente.”
Regioproblematiek
Haar afstudeeropdracht deed ze bij een internationaal adviesbureau in Utrecht. Naar volle tevredenheid, want ze kreeg meteen een baan aangeboden. “Ze hadden veel vertrouwen in me. Misschien mede door mijn Sallandse aard. Dat ik me niet gek liet maken, maar ik was natuurlijk nog wel heel erg bleu en bescheiden. Zo moest ik ook presenteren voor groepen. Als ik iets erg vond, was het dat wel. Daar heb ik echt een barrière overwonnen. Geleerd om op mezelf te vertrouwen. En nu vind ik het zelfs heel erg leuk.” Ze wilde toch graag de andere kant van het communicatiespectrum ontdekken en in Zwolle kreeg Tamara de kans om de Stichting Evenementen Support Zwolle op te zetten. Bedoeld om grote publieksevenementen te ondersteunen met advies over subsidies, vergunningen en publiciteit. “Er waren op dat moment veel nieuwe initiatieven en die kon ik mooi verder helpen. Zwolle was op dat moment misschien wel iets minder in de picture dan Deventer, maar had wel duidelijke ambities meer met hun evenementen te doen.” Stichting Evenementen Support Zwolle ging in 2007 samen met Zwolle Stadsmarketing en het Regionaal Bureau voor Toerisme. En onze gesprekspartner ging als merkleider aan de slag met de stadsmarketing van Zwolle. Totdat toenmalig directeur Henk van Voornveld van Marketing Oost, de paraplu die boven alle merken hangt, opperde dat de regio echt iets voor haar zou zijn. Aangezien Salland al was ‘bezet’ door Thea Huisman werd het dus het Vechtdal.
“Ik mag het misschien niet hardop zeggen, maar Vechtdal is natuurlijk ook gewoon Salland, ha ha. Toeristisch heeft het nu een ander profiel, maar van oorsprong is het natuurlijk wel Salland. Dat leek me wel een mooie uitdaging: van stadsproblematiek naar regioproblematiek. Dat was ook echt een andere rol. Want waar je het in de stad vooral hebt over dagbezoek, cultuur, winkelen en horeca heb je het in de regio veel meer over fietsen, wandelen, varen en vakantie vieren op de camping.”
Ik schat in dat je niet een vrouw bent van harde uitspraken, maar kun je bevestigen of ontkennen dat deze coronatijd goed is om het kaf van het koren te scheiden? Net als wat je in de economische crisis hebt gezien?
“Euhhh, misschien is het goed om te benadrukken dat ik inderdaad niet een vrouw ben van de harde woorden. Dat ik ook niet het type ben om heel erg stelling te nemen. Ik overweeg altijd wat meer, maar je hebt wel een punt, want ik denk inderdaad wel dat nu de echte ondernemers opstaan. Degenen die continu al met ideeën lopen en het ook daadwerkelijk realiseren. Ook in deze tijd. Tegelijk moet ik er wel bij zeggen dat het niet elke ondernemer gegeven is om zich te onderscheiden in financieel zware tijden…”
Het geeft haar veel energie om in gesprek te gaan met ondernemers die bijvoorbeeld belangeloos tijd stoppen in een project als de Slinger van Salland. Met subsidie vanuit Leader worden momenteel vijf fietsrondjes door Salland ontwikkeld die allemaal aanhaken bij een grotere slinger van 205 kilometer. Elk van de vijf slingers moet een eigen verhaal belichten. “Misschien is het niet een heel erg innovatief project, maar wat het mooi maakt, is dat het van onderop is ontwikkeld. Vanuit de diverse kernen die zelf met een verhaal zijn gekomen. Zoals de heks van Lettele. Het verhaal moet in de fietsroute een plek krijgen en ondernemers moeten kunnen aanhaken met horeca, overnachtingen en dergelijke. Zo hebben we ook al gesproken met de firma die Heksenkaas produceert.”
“En ondernemers uit Heino hebben zich gemeld met de gedachte om van boodschappendorp uit te groeien tot recreatiedorp”, vervolgt ze in één adem. “Dat ze meer te bieden hebben voor mensen die graag naar kasteel ’t Nijenhuis en museum De Fundatie gaan. Dat ze graag willen dat deze bezoekers langer in het dorp blijven. Dus moet een Slinger van Heino ook langs de landgoederen en de Leug’npompe gaan. En proberen we de verbinding te zoeken met De Fundatie in Zwolle. Daar denken we graag over mee.”
Zeker is dat alle Slingers bij elkaar komen op de website www.sallandnatuurlijkgastvrij.nl waar voor iedere slinger ook een pagina is ingericht. En dat je de Slingers met behulp van digitale middelen moet kunnen fietsen. Maar er wordt ook gekozen voor landelijke promotie, onder andere via het magazine Fietsactief. Lezers ontvangen bijvoorbeeld een boekje met de Slingers van Lettele en Heino. “De Sallander gaat het nooit van de daken schreeuwen, maar het is wel tijd om onze ingetogenheid te laten varen. En de schoonheid van dit gebied uit te dragen. Voor mezelf is het een belangrijke opdracht om hier in de komende jaren veel meer middelen te krijgen. Nogmaals, het is niet het meest innovatieve product, want fietsen kun je overal, maar het is wel de kapstok om te laten zien wat Salland in huis heeft. En na de fietsslingers komen er natuurlijk ook wandelslingers en evenementenslingers.”
Wanneer is voor jouw gevoel de missie geslaagd? Heb je jezelf ten doel gesteld dat je in 2022 10% meer overnachtingen wilt behalen?
“Dat zou mooi zijn, maar misschien is het wel goed om te duiden dat we de laatste jaren heel erg hebben ingezet op de economie, het vergroten van de welvaart. Zorgen dat ondernemers er beter van worden en dat het gebied er beter van wordt. Ook als je kijkt naar de problematiek waar Giethoorn nu mee worstelt, is het echt van belang dat er een goede balans is tussen welvaart en welzijn. Dat bewoners nog steeds fijn kunnen wonen in Salland en dat het allemaal beheersbaar blijft. En je ziet dat ook wel op kleinere schaal terug op b.v. de Sallandse Heuvelrug.”
En als dit de nieuwe wereld gaat worden…
“Dan wordt het knap lastig… Daarom is het ook heel mooi dat we met de Sallandse Heuvelrug al kijken hoe we al die functies die daar samenkomen -recreatie, landbouw en natuur – optimaal kunnen borgen. Zodat het ook voor de langere termijn een prachtig gebied blijft. Dat gaan we binnenkort ook doen voor de IJssel. Ik hou van die integrale benadering. Mensen die denken dat wij alleen een marketingclub zijn… Dat wij alleen maar meer toeristen willen en geen oog hebben voor de consequenties in de natuur. Nou, dat is dus absoluut niet waar. We werken niet voor niets nadrukkelijk samen met groene partijen zoals Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en Landschap Overijssel.”
Het is de enige keer in het gesprek dat er iets van felheid is te zien. Bezoekersmanagement is dan ook wel één van haar stokpaardjes. “Dat wordt steeds belangrijker. Welke plekken willen we wel gasten en welke niet? Dat moeten we in nauwe samenwerking met elkaar blijven doen. Want je komt ongetwijfeld ook ondernemers tegen die van mening zijn dat je hun bezoekers wegjaagt.”
Even terug naar Broekland. Je bent inmiddels ook voorzitter van Plaatselijk Belang. Dat moet wel eens schuren met jouw dagelijkse werkzaamheden…
“Ik heb het van tevoren wel even ter sprake gebracht bij de gemeenten Raalte en Olst-Wijhe. Zij dachten dat ik het wel heel goed zou kunnen scheiden en dat is ook het geval. Het scheelt natuurlijk dat Broekland weliswaar bekend staat om de feesten, maar dat het op toeristisch gebied geen Sallands icoon is. Wel heb ik afgesproken dat ik stop als bepaalde belangen door elkaar heen gaan lopen.”
Het kan dus zo zijn dat je ’s morgen met de wethouder om tafel zit en met de vuist op tafel slaat omdat er meer woningbouw moet komen in Broekland, terwijl je ’s middags met een andere wethouder de toeristische belangen doorneemt…
“Dat komt dus ook voor, ha ha. Ze zien mij dan wel echt in een heel andere rol ja. Soms moet je er met een gestrekt been in. Dat past niet echt bij mij, maar als je over een grens gaat, dan is het wel noodzakelijk. Ik laat niet over me heen lopen. Tot nu toe is dat heel goed gegaan. Broekland is gelukkig een dorp dat het zelf wel regelt. We gaan niet wachten totdat de gemeente zegt hoe we het gaan doen. Nee, dan hebben we zelf al de schop gepakt.”
Eigenlijk ben je geneigd te denken dat er meer contact moet zijn. De gemeenten worden groter en dus ook de afstand naar het gemeentehuis.
“Dat speelt in Raalte helemaal niet. En als er dan wel iets is, dan zijn de wethouders ook echt goed benaderbaar. Op basis van wederzijds respect, want ze weten ook dat we niet bij elk wissewasje op de stoep staan.”
“Overigens kun je je wel gemakkelijk verliezen in vrijwilligerswerk. Daar moet je voor uitkijken. Er moet ook gewoon worden gewerkt. En ik ben bovenal moeder. Ik vraag me wel eens af hoe ik het toch allemaal doe, maar ik word er vooral heel blij van. Soms loopt het op het werk niet helemaal lekker en dan heb ik nog mijn vrijwilligerswerk. En andersom! En ik vind het gewoon belangrijk om iets voor het dorp te doen. Daarmee houden wij de leefbaarheid hoog.”
Tot slot. Vanuit Salland Marketing is de laatste jaren heel hard gewerkt aan het zogenaamde Salland Kompas. Waren we een beetje stuurloos?
“Nou ja, Salland is alles, maar eigenlijk ook helemaal niks. Waar moeten we nu voor gaan? Salland is een beetje fietsen en een beetje wandelen. Salland is de IJssel en de Sallandse Heuvelrug, maar we probeerden alles te doen. Waar een initiatief ontstond, omarmden we het en probeerden we het zo goed mogelijk in de etalage te zetten. Maar we hebben tegen elkaar gezegd dat we keuzes moeten maken zoals nu met de Slingers. Het leuke is dan dat je wordt uitgedaagd en geïnspireerd door ondernemers. Dat ik telkens wordt verrast door hun creativiteit. Zelfs in deze tijd. Niet bij de pakken neerzitten, maar proberen op een andere manier te ondernemen!”