Bij handbalscheidsrechter Rien Meijerman gaat álles vol enthousiasme
Grappig genoeg had Rien Meijerman helemaal niks met handbal. Hij had het zelf nooit gedaan, kende de spelregels niet en eerlijk gezegd had hij er ook maar weinig interesse in. Inmiddels vind je Rien meerdere keren per week bij de Heinose handbalvereniging HHZD. Hij is actief als keeperstrainer, coach én als handbalscheidsrechter. En dat allemaal naast het runnen van zijn eigen Medibouw. “Ach, dat is toch leuk? Anders ben ik toch alleen maar aan het werk.”
Eigenlijk was Rien meer van het voetballen. Met handbal had hij helemaal niks. Totdat hij met de sport in aanraking kwam via zijn vrouw. “Er zijn nogal veel regels, dus het duurde even voordat ik het spelletje echt snapte”, zo grijnst hij. “Ik ben er langzaam steeds verder ingegroeid, maar ik vind het nu echt een machtig mooie sport. Inmiddels is het bij ons thuis ook één en al handbal, alle drie mijn kinderen spelen ook.” Bij Rien was het op de zaterdag jarenlang werken, werken, werken. Dat veranderde toen hij wat kritiek uitte op scheidsrechters. “Ja, dan kun je zelf natuurlijk maar één ding doen: zelf gaan fluiten”, zo lacht hij. “Ach, anders was ik toch alleen maar aan het werk. Ik besloot de cursus handbalscheidsrechter te volgen en vanaf moment één vond ik het leuk. Daarnaast kreeg ik ook best veel enthousiaste reacties. Mensen die vonden dat ik goed floot, dus dat motiveerde me natuurlijk om door te gaan.”
Inmiddels fluit Rien niet alleen voor zijn eigen vereniging, maar ook als bondscheidsrechter. Dit betekent dat hij ook wedstrijden buiten HHZD fluit. “Eerst had ik daar helemaal geen zin in, want dan moet je dus de hele regio door”, zo vertelt hij daarover. “Uiteindelijk heb ik die stap toch gezet en dat bevalt goed! Ik heb al een aantal hele mooie wedstrijden mogen fluiten. Stiekem vind ik het wel leuk dat er wat meer op het spel staat.”
Kort en duidelijk
Op het eerste oog zijn er weinig overeenkomsten tussen Riens werk in de bouw en een handbalscheidsrechter. Het zijn twee totaal verschillende werelden, maar toch pakt Rien ze allebei op dezelfde manier aan: “Alles gaat met evenveel enthousiasme. Wat ik ook doe: ik ga altijd volle bak. Zo zit ik in elkaar. In mijn werk ben ik fanatiek – alles moet gewoon goed – maar op het gebied van sport geldt hetzelfde. Geen enkele wedstrijd is vriendschappelijk voor mij. Wat mij kenmerkt als scheidsrechter? Mensen zeggen vaak dat ik een strenge uitstraling heb, haha! Ik noem het zelf liever mijn geconcentreerde blik. Ik wil namelijk álles zien. Als scheids zit ik er daarom zo kort mogelijk bovenop en probeer ik vooral heel duidelijk en consequent te zijn. Dat levert het minste gezeur op. Daarnaast vind ik het heel belangrijk om goed aan te voelen wat een wedstrijd nodig heeft. Zo hoef je in een kalme wedstrijd echt niet elke overtreding meteen af te fluiten. Dan geef ik liever mondeling een waarschuwing. Maar wij – mijn medescheidsrechter en ik – hebben laatst ook een wedstrijd stilgelegd waarbij het er niet echt leuker op werd. Dan vind ik duidelijkheid heel belangrijk: ‘Wat willen jullie? Of we fluiten nu de hele wedstrijd kapot of we gaan normaal handballen.’ Daarna was het meteen afgelopen met het gedoe. En ja, af en toe krijg je als scheids weleens een nare opmerking naar je hoofd, maar daar trek ik me niks van aan. Mij krijg je niet zo snel gek.”
Als scheidsrechter is Rien al regelmatig te vinden bij de vereniging, maar daarnaast is hij ook nog eens keeperstrainer en coach van het team van zijn dochter. “In mijn fanatisme zeg ik gewoon wat ik vind”, zo lacht Rien. “Ik trok bijvoorbeeld mijn mond open over de handbalkeepers, want waarom kregen die eigenlijk geen specifieke training? Binnen een week had ik al een telefoontje: wil jij die training niet gaan geven? Dat doe ik nu elke donderdag. Daarnaast geef ik op dinsdag training aan het team dat ik coach en ben ik in het weekend natuurlijk bij de wedstrijden. En ja, daar komt het fluiten nog eens bovenop, gemiddeld zo’n 25 wedstrijden per jaar. Mijn vrouw zegt weleens; je doet zoveel. Moet je niet eens afscheid nemen van dan wel het trainen, het coachen of het fluiten? Maar dat kan ik niet. Ik maak er heel bewust tijd voor. Ik vind het heerlijk om mijn hoofd hiermee leeg te maken. Ik zie het als gezonde inspanning en daarmee als ontspanning. En na de wedstrijd? Dan geniet ik net zo hard van de derde helft.”